onbezonnene
Uiterlijk
- Geluid: onbezonnene (hulp, bestand)
- on·be·zon·ne·ne
- Afgeleid van bezonnen, voltooid deelwoord van bezinnen met het voorvoegsel on- met het achtervoegsel -e
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | onbezonnene | onbezonnenen |
verkleinwoord | - | - |
onbezonnene
- persoon die onbezonnen te werk gaat
- Het woord 'onbezonnene' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.