niesen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • nie·sen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
niesen
nieste
geniest
zwak -t volledig

Werkwoord

niesen

  1. inergatief een plotselinge, krachtige uitademing om de neus te reinigen van prikkelende stoffen
    • Zij nieste aan één stuk door. 
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie als zelfstandig naamwoord

Zelfstandig naamwoord

de niesenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord niese

Verwijzingen

Gangbaarheid

52 % van de Nederlanders;
21 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be