nare
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- na·re
Bijvoeglijk naamwoord
nare
- verbogen vorm van de stellende trap van naar
- ▸ De grote hoogte en mijn angsten bleken een nare combinatie waardoor ik moeilijk in slaap kon vallen.[1]
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
Aroemeens
Zelfstandig naamwoord
nare
Latijn
Uitspraak
- IPA: /ˈnaːrɛ/
Woordafbreking
- na·re
stamtijd | |||
---|---|---|---|
infinitief | 1e pers. enk. ind. praes. act. |
1e pers. enk. ind. perf. act. |
supinum |
nāre | no | nāvi | nātum |
eerste vervoeging | volledig |
Werkwoord
nāre
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Bijvoeglijknaamwoordsvorm in het Nederlands
- Woorden in het Aroemeens
- Zelfstandig naamwoord in het Aroemeens
- Woorden in het Latijn
- Woorden in het Latijn met IPA-weergave
- Werkwoord van de eerste vervoeging in het Latijn
- Werkwoord in het Latijn