lintdorp

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lint·dorp
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lintdorp lintdorpen
verkleinwoord lintdorpje lintdorpjes

Zelfstandig naamwoord

het lintdorpo

  1. dorp dat langs één weg, dijk, kanaal of oeverwal is gebouwd een daardoor een langgerekte vorm heeft
    • De eerste schetsen met mogelijke locaties zorgen voor rumoer vanwege de lange loopafstanden. "Wilsum is een lintdorp", vertelt de voorzitter van Dorpsbelangen. [1] 
    • Het gezin dat om het leven kwam, woonde net in het Drentse Stieltjeskanaal en wilde daar een nieuwe start maken. De familieleden waren kort geleden met z’n vieren naar het kleine lintdorp verhuisd. Sukanya was hoogzwanger van haar tweede kindje. Opa John had twee jaar geleden zijn echtgenote verloren aan kanker. [2] 
    • Een parel waar je niet omheen kunt, is de 126 kilometer lange West-Friese Omringdijk, een reeks gekoppelde dijken, een staaltje van menselijk kunnen. Het "Rondje Boerentrots" is een leuke en sportieve manier om de omgeving te verkennen. U vertrekt dan per fiets vanaf de "Manuelhoeve", de boerderij van Karin en Arjan Bossen, in het lintdorpje Aartswoud. [3] 
Synoniemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

78 % van de Nederlanders;
74 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen