lichaamsbeheersing

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • li·chaams·be·heer·sing
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord lichaamsbeheersing lichaamsbeheersingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de lichaamsbeheersingv

  1. het onder bewuste controle hebben van de bewegingen van het lijf
     ...een bovennatuurlijke lichaamsbeheersing voorkwam dat een van zijn testikels uit zijn gevangenschap ontsnapte en voor het oog van de wereld de absolute vrijheid verkoos.[1]
     Deze acrobaten werken al weer jaren in de show van het vermaarde Cirque du Soleil in Las Vegas. Het duo geeft een indrukwekkende demonstratie spier- en lichaamsbeheersing ten beste.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Johan Harstad (vert. Edith Koenders en Paula Stevens)
    “Max, Mischa & het Tet-offensief” (2017), Podium op Wikipedia, ISBN 9789057598500
  2. Bronlink geraadpleegd op 13 februari 2022 Weblink bron
    willem pfeiffer
    “Hooggeëerd publiek” (22-12-2006), Tubantia