kwellen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kwel·len
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘zwellen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1477 [1]
  • In de betekenis van ‘pijnigen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1201 [1]
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
kwellen
kwelde
gekweld
zwak -d volledig

Werkwoord

kwellen

  1. overgankelijk pijn of ergernis bezorgen
    • De gedachte daaraan kwelde hem al lang. 
  2. het doorsijpelen van water onder een dijklichaam door
    • Enig water kwelde daar al langer naar boven. 
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen