kolenhaard
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kolenhaard (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ko·len·haard
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kolenhaard | kolenhaarden |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de kolenhaard m
- (huishouden) kachel waarin men steenkolen verbrandt
- ▸ Het had iets knus om, zo vlak bij de gloeiende kolenhaard, te lezen over de held die, overwonnen door duistere krachten, zijn vuist balde en zijn lot vervloekte.[1]
Gangbaarheid
- Het woord kolenhaard staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ “Tonio : een requiemroman” (2011), De Bezige Bij , ISBN 9789023467014