kleerhaak

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

kleerhaak
Uitspraak
Woordafbreking
  • kleer·haak
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kleerhaak kleerhaken
verkleinwoord kleerhaakje kleerhaakjes

Zelfstandig naamwoord

de kleerhaakm

  1. een haak die aan de muur vastzit waaraan men kleren kan ophangen
    • In de jaren daarna komen we tientallen berichten tegen over koperdieven. Over een 19-jarige bankwerker bijvoorbeeld die uit een fabriek koperen kranen, kleerhaken, busjes, pijpjes, naamplaatjes, kastbeslag en machineonderdelen steelt. En over een Amsterdamse jongen die een pak slaag krijgt van een timmerman die hem betrapt terwijl hij in een huis koperen traproedes aan het losschroeven is – zo’n bericht haalde indertijd nog de krant.[2] 
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

88 % van de Nederlanders;
83 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. NRC Ewoud Sanders 20 juni 2011
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be