kennismaking

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ken·nis·ma·king
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kennismaking kennismakingen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de kennismakingv

  1. het leren kennen van iets of iemand
    • Hun kennismaking kwam min of meer toevallig tot stand. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen