kantiaan
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kan·ti·aan
Woordherkomst en -opbouw
- eponiem, afgeleid met het achtervoegsel -iaan van de familienaam van de 18e-eeuwse Duitse filosoof I. Kant , geschreven met een kleine letter volgens spellingregel 16.C
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kantiaan | kantianen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de kantiaan m
- (filosofie) aanhanger van de filosofie van Imanuel Kant
- (filosofie) deskundige op het gebied van de filosofie van Imanuel Kant
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord kantiaan staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kantiaan" herkend door:
23 % | van de Nederlanders; |
29 % | van de Vlamingen.[1] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Eponiem in het Nederlands
- Achtervoegsel -iaan in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Filosofie in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 23 %
- Prevalentie Vlaanderen 29 %