inschrijving
Uiterlijk
- in·schrij·ving
- Naamwoord van handeling van inschrijven met het achtervoegsel -ing
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | inschrijving | inschrijvingen |
verkleinwoord | inschrijvinkje | inschrijvinkjes |
inschrijving v
- de daad van het inschrijven
- De inschrijving van de nieuwe studenten kostte aardig wat tijd.
- een document waarmee men zich opgeeft of inschrijft
- We hebben al heel veel inschrijvingen ontvangen.
- Het woord inschrijving staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "inschrijving" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be