honderdjarige

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  honderdjarige    (hulp, bestand)
• IPA: / ˌhɔndərtˈjarəɣə / (5 lettergrepen)

Woordafbreking

• hon·derd·ja·ri·ge

Woordherkomst en -opbouw

• bn:  honderdjarig bn  met de uitgang -e
• zn: afgeleid van  honderdjarig bn  met het achtervoegsel -e

Bijvoeglijk naamwoord

honderdjarige

1. verbogen vorm van de stellende trap van honderdjarig

   • Het honderdjarige contract loopt volgend jaar af. 

Schrijfwijzen

•  100-jarige bn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	honderdjarige	honderdjarigen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de honderdjarige v / m

1. levend wezen dat 100 jaar oud is of iets dat 100 jaar bestaat

   • De honderdjarige maakt elke dag een wandeling. 

2. iemand die zijn honderdste verjaardag viert

   • De honderdjarige genoot van alle feestelijkheden. 

Schrijfwijzen

•  100-jarige zn 

Gangbaarheid

• Het woord honderdjarige staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "honderdjarige" herkend door:

98 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.