heteroseksueel
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- he·te·ro·sek·su·eel
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | heteroseksueel | heteroseksuelen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
heteroseksueel m
- (seksualiteit) man met seksuele voorkeur voor vrouwen of een vrouw met seksuele voorkeur voor mannen
Vertalingen
1. man met seksuele voorkeur voor vrouwen of een vrouw met seksuele voorkeur voor mannen
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | heteroseksueel | heteroseksueler | heteroseksueelst |
verbogen | heteroseksuele | heteroseksuelere | heteroseksueelste |
partitief | heteroseksueels | heteroseksuelers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
heteroseksueel
- gericht op het andere geslacht of betrekking hebbend op liefde voor mensen met een ander geslacht
Synoniemen
Vertalingen
1. gericht op het andere geslacht of betrekking hebbend op liefde voor mensen met een ander geslacht
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord heteroseksueel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "heteroseksueel" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ heteroseksueel op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 14
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel hetero- in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Seksualiteit in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %