havenrondvaart
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: havenrondvaart (hulp, bestand)
- IPA: / ˈhavə(n)ˌrɔntfart / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- ha·ven·rond·vaart
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van haven zn en rondvaart zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | havenrondvaart | havenrondvaarten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (scheepvaart) boottocht die weer eindigt waar hij begon om een havengebied te bezichtigen
- ▸ In Rotterdam wachtte de groep een havenrondvaart en een bezoek aan de Euromast.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'havenrondvaart' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Dagje uit om vliegramp te vergeten in: De Telegraaf , jrg. 97 nr. 31595 (15 augustus 1989), Dagblad De Telegraaf, Amsterdam, p. 3 kol. 4
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 14
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 4 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Scheepvaart in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal