handvaardigheidslokaal

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hand·vaar·dig·heids·lo·kaal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord handvaardigheidslokaal handvaardigheidslokalen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het handvaardigheidslokaalo

  1. (onderwijs) een lokaal dat geschikt is voor handvaardigheidsonderwijs
     Scholen ontruimd in Zwaag: 'Ongeluk in handvaardigheidslokaal met accu': Een gebouw in Zwaag waarin twee basisscholen gevestigd zijn, is vanochtend ontruimd nadat een tablet tot ontbranding was gekomen. Ruim duizend leerlingen moesten worden geëvacueerd.[1]
     In de units zal vanaf 17 augustus plaats zijn voor de opvang van 15 jonge kinderen. In het gebouw krijgt ook de huidige groep van de Buiten Schoolse Opvang (het Kraaiennest) een plek. Op dit moment gebruikt de BSO daarvoor het handvaardigheidslokaal van van de Johan Frisoschool. Dat is echter geen praktische oplossing omdat er overdag gewoon les wordt gegeven en alle lesmaterialen en werkstukken daarin ook de nodige ruimte vragen.[2]

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2023 Weblink bron “Scholen ontruimd in Zwaag: 'Ongeluk in handvaardigheidslokaal met accu'” (17-11-2023), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2023 Weblink bron “Kinderopvang begint na bouwvak” (19-05-2009), Tubantia