handelssector

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • han·dels·sec·tor
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord handelssector handelssectoren
handelssectors
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de handelssectorm

  1. (handel) (economie) alle bedrijven en organisaties die betrokken zijn bij het verhandelen van goederen en diensten
     Banen Traditionele handelaars maken geen schijn van kans tegen de rekensnelheid van de computers. "Er is een aantal banen in de traditionele handelssector verdwenen, maar er is wel weer extra plek in de IT-sector gecreëerd." Ook het verhuren van serverruimte biedt plek op de arbeidsmarkt. In de strijd om de snelste toegang tot beursinformatie gaat het om milliseconden, daarom willen bedrijven hun serverruimte zo dicht mogelijk in de buurt van de beurs hebben.[1]
     De handelssector in Griekenland wordt bedreigd met totale vernietiging. Nu al is de werkgelegenheid op het laagste niveau sinds 14 jaar en het ergste moet nog komen. Dat zei de voorzitter van een van de belangrijkste Kamers van Koophandel in Griekenland.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 januari 2024 Weblink bron “Beurshandel door supercomputers - wat zijn de risico's?” (Maandag 6 juni 2011, 17:48), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 januari 2024 Weblink bron “'Totale vernietiging dreigt voor Griekse handel'” (19-11-2012), Tubantia