gesticht
Uiterlijk
- ge·sticht
- In de betekenis van ‘inrichting voor krankzinnigen’ voor het eerst aangetroffen in 1808 [1]
- vervoeging van stichten: de stam met omvoegsel ge- -t, zonder -t omdat de stam al op -t eindigt [2]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | gesticht | gestichten |
| verkleinwoord |
het gesticht o
- (verouderd) inrichting voor krankzinnigen
- ▸ Veel dolhuizen werden krankzinnigengesticht (ook wel gesticht) en later een psychiatrisch ziekenhuis.[3]
| vervoeging van: | stichten… |
| verbogen vorm: | gestichte |
gesticht
- voltooid deelwoord van stichten
- Het woord gesticht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gesticht" herkend door:
| 99 % | van de Nederlanders; |
| 99 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "gesticht" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ gesticht op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron “Dolhuis” (geraadpleegd 30 mei 2021), Wikipedia - ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Voltooid deelwoord met ge- (zonder extra -t)
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Verouderd in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %