generfd
Uiterlijk
- ge·nerfd
- pseudodeelwoord afgeleid van nerf zn met het omvoegsel ge- -d
- vervoeging van nerven: de stam met omvoegsel ge- -d
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | generfd | generfder | generfdst |
verbogen | generfde | generfdere | generfdste |
partitief | generfds | generfders | - |
generfd
- met nerven, voorzien van nerven
- De mooie generfde structuur van eikenhout komt goed tot zijn recht bij eetkamermeubelen.
vervoeging van: | nerven… |
verbogen vorm: | generfde |
generfd
- voltooid deelwoord van nerven
- Het woord generfd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "generfd" herkend door:
80 % | van de Nederlanders; |
82 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 7
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Pseudodeelwoorden in het Nederlands
- Omvoegsel ge- -d in het Nederlands
- Voltooid deelwoord met ge- -d
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 80 %
- Prevalentie Vlaanderen 82 %