garnaal

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gar·naal
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘schaaldier’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1657 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord garnaal garnalen
verkleinwoord garnaaltje garnaaltjes

Zelfstandig naamwoord

de garnaalm

  1. (kreeftachtigen) (voeding) een schaaldier behorende tot de geleedpotigen dat op de bodem van de zee leeft en door menigeen als een culinaire traktatie wordt beschouwd
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • Een garnaal heeft ook een hoofd.
Gezegd van een eigenwijs kind.
  • Het verstand van een garnaal hebben.
Erg dom zijn.
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen