futen
Uiterlijk

- (IPA in voorbereiding)
- fu·ten
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | futen | |
verkleinwoord |
de futen mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord fuut
- meervoudsvorm als officiële benaming (vogels) orde Podicipediformes
van watervogels van meren en plassen bestaand uit maar één familie, Podicipedidae
, met 23 soorten, waarvan er drie zijn uitgestorven. In Europa is de gewone fuut (Podiceps cristatus
) de bekendste vertegenwoordiger
- [2] vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren
- [2] zie de categorie: Futen in het Nederlands
- Het woord futen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Vogels in het Nederlands
- Futen in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal