folkdag
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- folk·dag
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van folk zn en dag zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | folkdag | folkdagen |
verkleinwoord | folkdagje | folkdagjes |
Zelfstandig naamwoord
de folkdag m
- (muziek) een dag die in het teken staat van de folkmuziek
Gangbaarheid
- Het woord 'folkdag' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.