fluoride

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • flu·o·ri·de
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van fluor met het achtervoegsel -ide
enkelvoud meervoud
naamwoord fluoride fluoriden
fluorides
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het fluorideo

  1. (scheikunde) een verbinding van fluor waarin dit element het oxidatiegetal -1 bezit
    • Veel fluoriden zijn sterk ionogene zoutachtige verbindingen. 
Hyperoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be