eucalyptus
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands

Uitspraak
- Geluid: eucalyptus (hulp, bestand)
Woordafbreking
- eu·ca·lyp·tus
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het modern Latijn, in de betekenis van ‘plantengeslacht’ voor het eerst aangetroffen in 1868 [1]
- uit het Latijn [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | eucalyptus | eucalyptussen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
- geslacht uit de mirtefamilie (Myrtaceae), de struiken en bomen komen van oorsprong voor in Australië en aangrenzende gebieden / boom met bladeren waarin fris ruikende olie zit
- We barstten los in luid applaus. Het leerde mij de waarde kennen van social media. Doordat we op Facebook willen doen alsof we goede mensen zijn, wórden we ook goede mensen! Heal the world, tag je omgeving. Mijn vriendin lachte. „Digitale hygiëne heeft eindelijk een nieuwe dimensie gekregen. En die ruikt naar Zwitsal en eucalyptus.”[4]
- Het geurpalet van verschroeide eucalyptus, kurkeik, pijnboom, kruiden en esoterisch struikgewas moest ingeblikt aan toeristen worden verkocht, spreekt de handelsgeest in mij. Arie Pos, de biograaf van Komrij, schenkt de glaasjes wederom vol. Met het geduld van een bodhisattva archiveert hij de nalatenschap van Komrij in het enorme herenhuis.[5]
Synoniemen
Vertalingen
1. geslacht uit de mirtefamilie (Myrtaceae), de struiken en bomen komen van oorsprong voor in Australië en aangrenzende gebieden / boom met bladeren waarin fris ruikende olie zit
Gangbaarheid
- Het woord eucalyptus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "eucalyptus" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[6] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "eucalyptus" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ eucalyptus op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Ellen Deckwitz 31 maart 2016
- ↑ Volkskrant Arthur van Amerongen 15 augustus 2016
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be