drugdealer
Uiterlijk
- Geluid: drugdealer (hulp, bestand)
- IPA: / ˈdrʏɡdilər / (3 lettergrepen)
- drug·dea·ler
- van Engels drug dealer, op te vatten als samenstelling van drug zn en dealer zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | drugdealer | drugdealers |
verkleinwoord |
de drugdealer m
- iemand die in illegale drugs handelt
- De drugsdealers verzorgen verkopen drugs aan de rijke elite die plezier wil hebben op dance-party's.
- Zijn muziekstijl, kwaito, kent invloeden van Zuid-Afrikaanse disco (bubblegum) en Amerikaanse hip-hop. Kwaito gaat over gangsters en drugdealers, over autodieven en moeders die hun kinderen alleen opvoeden, over sociale problemen maar ook over herwonnen zelfvertrouwen in de township. De kwaito van Mandoza vermengde Engels, Xhosa en Afrikaans en werd de Zuid-Afrikaanse versie van de Amerikaanse ghettomuziek: dreunende bas, grote auto’s, schaars geklede vrouwen. Daarmee was zijn muziek ook een afrekening met de brave Zuid-Afrikaanse muziek die tijdens de apartheid de wereld veroverde: de dansgroepen van Paul Simon, het politieke engagement van Hugh Masekela of Miriam Makeba. [1]
- Het woord drugdealer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ NRC Bram Vermeulen 23 september 2016