doorvoeren

Uit WikiWoordenboek
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • door·voe·ren
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

doorvoeren mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord doorvoer

Werkwoord

doorvoeren

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
doorvoeren
voerde door
doorgevoerd
zwak -d volledig
  1. zorgen dat iets tot stand komt
    • De regering voerde een heel aantal bezuinigingen door. 
     De Touretappe van donderdag eindigt op een gevreesde Vogezentop. Die onvervalste muur zal de eerste schifting in de Tour doorvoeren.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron
    Rob Gollin
    “De helling van de mooie meisjes knijpt de renner de keel dicht” (10 juli 2019), de Volkskrant
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be