denkt uit

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • denkt uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitdenken

denkt (…) uit

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdenken
    • Jij denkt uit. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitdenken
    • Hij denkt uit. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van uitdenken
    • Denkt uit! 

Gangbaarheid