consistoriekamer
Uiterlijk
- con·sis·to·rie·ka·mer
- samenstelling van consistorie zn en kamer zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | consistoriekamer | consistoriekamers |
verkleinwoord |
- (religie) ruimte in een kerkgebouw waarin de kerkenraad vergadert
- ▸ Of ook zoals die man die naar het getuigenis van de buren elke avond zijn vrouw besteeg en die toen, op straffe van ontbinding van zijn huwelijk, voor een raad van ouderlingen en justitie in de consistoriekamer moest bewijzen dat hij in zijn vrouw kon afgaan en spuiten.[2]
- ▸ Zijn speciale kindermissen zijn erg populair. Als Álvarez voorgaat in de mis voor volwassenen trekt hij z'n normale gewaden aan en dan laat hij zijn waterpistool in de consistoriekamer liggen.[3]
1. ruimte in een kerkgebouw waarin de kerkenraad vergadert
- Het woord consistoriekamer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Gewassen vlees” (2014), Em. Querido's Uitgeverij , ISBN 9789021436173
- ↑ Weblink bron “Priester zegent met waterpistool” (25-02-2013), NOS