chim
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Frans
Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
Bijvoeglijk naamwoord
chim
- (spreektaal) lelijk
- «Les pantalons serrés pour une meuf qu’a un gros pétard, ça fait chim.»
- Een strakke broek bij een vrouw met een grote kont, dat staat niet. [1]
- «Les pantalons serrés pour une meuf qu’a un gros pétard, ça fait chim.»
Synoniemen
Verwijzingen
Vietnamees
Zelfstandig naamwoord
(con) chim