champignonkwekerij

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • cham·pig·non·kwe·ke·rij
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord champignonkwekerij champignonkwekerijen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de champignonkwekerijv

  1. (landbouw) bedrijf waar men champignons produceert
     Uit onderzoek van de inspectie blijkt dat plukkers voor de champignonkwekerij met mooie verhalen in Polen werden geworven, maar dat alle beloften over loon, huisvesting en arbeidsomstandigheden niet werden nagekomen.[2]
     In Winschoten is een schaftkeet op een terrein van voormalig champignonkwekerij Synergon uitgebrand. Een voorbijganger zag het vuur en waarschuwde de hulpdiensten. De politie onderzoekt of de brand is aangestoken.[3]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “Champignonkweker twee jaar de cel in voor uitbuiten Polen” (Donderdag 10 november 2016, 14:58), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 1 februari 2023 Weblink bron “Brand in schaftkeet Winschoten” (Zaterdag 6 oktober 2012, 02:21), NOS