carrièremaker
Uiterlijk
- car·ri·è·re·ma·ker
- samenstelling van carrière zn en maker zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | carrièremaker | carrièremakers |
verkleinwoord | carrièremakertje | carrièremakertjes |
de carrièremaker m
- iemand die carrière maakt of wil maken
- Het woord carrièremaker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.