carnavalslied
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- car·na·vals·lied
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van carnaval en lied met het invoegsel -s-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | carnavalslied | carnavalsliederen |
verkleinwoord | carnavalsliedje | carnavalsliedjes |
Zelfstandig naamwoord
het carnavalslied o
- lied met komisch bedoelde of dubbelzinnige tekst dat is gecomponeerd ter gelegenheid van carnaval
Gangbaarheid
- Het woord carnavalslied staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.