burgemeestersfunctie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bur·ge·mees·ters·func·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord burgemeestersfunctie burgemeestersfuncties
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de burgemeestersfunctiev

  1. (politiek) het ambt als burgemeester; de betrekking als burgemeester
     Remkes werd uit Groningen teruggeroepen om de burgemeestersfunctie waar te nemen, en orde op zaken te stellen in de Haagse gemeenteraad. Dat lukte. Na negen maanden droeg hij de ambtsketen over aan de nieuwe burgemeester Jan van Zanen, en werd hij prompt benoemd tot ereburger van Den Haag.[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 25 maart 2023 Weblink bron “Weer rinkelt de telefoon bij Johan Remkes om een hoofdpijndossier op te lossen” (Zondag 3 juli 2022, 19:37), NOS