buitenhok

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bui·ten·hok
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord buitenhok buitenhokken
verkleinwoord buitenhokje buitenhokjes

Zelfstandig naamwoord

het buitenhoko

  1. een dierenverblijf dat in de buitenlucht staat
     Niet gek, want huisdieren kunnen minder goed tegen de hitte dan wij; veel huisdieren hebben ook geen zweetklieren om hun lichaam te koelen. Wat kan je doen als je huisdier het te warm heeft? Honden, katten, konijnen en knaagdieren moet je afkoelen met natte handdoeken (niet met ijskoud water). Hang een nat, wit laken over het buitenhok van konijnen en zet sowieso geen hokken in de zon. Paardrijden in de volle zon is ook niet aan te raden en schapen willen graag geschoren worden. Meer tips om dieren af te koelen vind je hier.[2]
     Ook bijvoorbeeld konijnen in een buitenhok lopen risico: "Een ochtendzonnetje tijdens een hittegolf is meer dan een dier met een bontjas aan verdragen kan. Het dier wordt gekookt, zelfs in de schaduw". Geadviseerd wordt om plastic flessen met ijs in het hok te leggen om verkoeling te geven en de dieren goed in de gaten te houden.[3]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Huisdier met hitteshock: hoe te voorkomen?” (Donderdag 26 juli 2012, 19:27), NOS
  3. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron “Hitte noopt tot extra maatregelen” (Dinsdag 29 juni 2010, 21:54), NOS