bruinoorneushoornvogel
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- bruin·oor·neus·hoorn·vo·gel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bruinoor zn en neushoornvogel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bruinoorneushoornvogel | bruinoorneushoornvogels |
verkleinwoord | bruinoorneushoornvogeltje | bruinoorneushoornvogeltjes |
Zelfstandig naamwoord
de bruinoorneushoornvogel m
- (neushoornvogelachtigen) Bycanistes cylindricus een neushoornvogel die voorkomt Midden- en West-Afrika. De vogel werd in 1824 door Coenraad Jacob Temminck beschreven als Buceros cylindricus
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'bruinoorneushoornvogel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.