brancardier
Uiterlijk
- Geluid: brancardier (hulp, bestand)
- bran·car·dier
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | brancardier | brancardiers |
verkleinwoord | - | - |
de brancardier m
- Het woord brancardier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "brancardier" herkend door:
61 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ brancardier op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -ier in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Beroep in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 61 %
- Prevalentie Vlaanderen 79 %