boeggolf

Nederlands

boeggolf

Uitspraak

• Geluid:  boeggolf    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• boeg·golf

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  boeg zn  en  golf zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	boeggolf	boeggolven
verkleinwoord	boeggolfje	boeggolfjes

Zelfstandig naamwoord

de boeggolf v / m

1. hoeveelheid water die vóór een bewegend schip (of ander voorwerp) wordt opgestuwd

   ▸ Zaterdagochtend sloeg op de Nederrijn een roeiboot om met vijf inzittenden, waarschijnlijk door de boeggolf van een passerend binnenvaartschip. De roeiers kwamen onder een duwbootcombinatie terecht. Twee roeiers van 60 en 71 jaar uit Arnhem werden na het ongeluk vermist. Hun lichamen werden diezelfde dag in de omgeving gevonden.

   ▸ Als het bouwwerk deze keer ook in de rivier stortte, zou de enorme boeggolf de huizen die het eerst op zijn weg lagen kunnen wegspoelen of verpletteren.

2. (figuurlijk) tijdelijk veranderde vraag naar iets als gevolg van een maatregel

   ▸ Vorig jaar daalde de instroom op universiteiten en hbo's nog fors. Dat het aantal eerstejaars nu weer stijgt, stemt Bussemaker positief. "Ook de instroom van studenten met een beperking ligt weer ongeveer op het niveau van voor de boeggolf.

   ▸ Vorig jaar daalde de instroom op universiteiten en hbo's nog fors. Volgens Bussemaker was dat verwacht omdat er in het jaar daarvoor nog sprake was van een zogeheten boeggolf: veel jongeren besloten toen vanwege de aanstaande invoering van het leenstelsel geen tussenjaar te nemen maar direct te gaan studeren.

Antoniemen

• hekgolf

Vertalingen

    1. hoeveelheid water die vóór een bewegend schip (of ander voorwerp) wordt opgestuwd   

Engels: bow wave (en),

Gangbaarheid

• Het woord boeggolf staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.