blindwants

Nederlands

groene appelwants (Lygocoris pabulinus)

Uitspraak

• Geluid:  blindwants    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• blind·wants

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  blind bn  en  wants zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	blindwants	blindwantsen
verkleinwoord	blindwantsje	blindwantsjes

Zelfstandig naamwoord

de blindwants v / m

1. (halfvleugeligen) halfvleugelige uit de zeer soortrijke familie Miridae  binnen de suborde Cimicomorpha  van de wantsen (Heteroptera ) en behorend tot de insectenorde Hemiptera 

Hyperoniemen

• wantsen, halfvleugeligen

Hyponiemen

• behaarde wants, brandnetelprachtwants, breedsprietwants, gestreepte eikenblindwants, groene appelwants, zwarte bremblindwants, zwarte grondblindwants, zwarte halsbandwants, zwarte klokjeswants, zwarte netelblindwants, zwarte walstrowants, zwartknieblindwants, zwartkopbosrandwants, zwartkopsparrenboswants, zwartkopvlowants, zwartscheenspringwants, zwartstreepblindwants

Gangbaarheid

• Het woord 'blindwants' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.