blender
Uiterlijk
- blen·der
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘keukenmachine waarin voedsel fijngemaakt wordt’ voor het eerst aangetroffen in 1974 [1]
- afkomstig uit het Engelse to blend met het achtervoegsel -er [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blender | blenders |
verkleinwoord | blendertje | blendertjes |
de blender m
- Een keukenmachine die kan mixen en pureren.
- De blender is de opvolger van de staafmixer
1.
vervoeging van |
---|
blenderen |
blender
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blenderen
- Ik blender.
- gebiedende wijs van blenderen
- Blender!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van blenderen
- Blender je?
- Het woord blender staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "blender" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "blender" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ blender op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be