blazen bellen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: blazen bellen (hulp, bestand)
- IPA: / ˈblazə(n) ˈbɛlə(n) / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- bla·zen bel·len
Woordherkomst en -opbouw
- uit blazen (werkwoord) en bellen (zelfstandig naamwoord), hiertussen kunnen nog andere woorden staan
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bellenblazen |
blazen (…) bellen
- meervoud tegenwoordige tijd van bellenblazen
Gangbaarheid
- Het woord blazen bellen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.