blauwbuikvizierkolibrie
Nederlands
Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- blauw·buik·vi·zier·ko·li·brie
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van blauwbuik zn en vizierkolibrie zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | blauwbuikvizierkolibrie | blauwbuikvizierkolibries |
verkleinwoord | blauwbuikvizierkolibrietje | blauwbuikvizierkolibrietjes |
Zelfstandig naamwoord
de blauwbuikvizierkolibrie m
- (gierzwaluwachtigen) Augastes scutatus een vogel uit de familie Trochilidae (kolibries). Deze soort is endemisch in zuidoostelijk Brazilië en telt drie ondersoorten
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'blauwbuikvizierkolibrie' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.