biologisme

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bio·lo·gis·me
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord biologisme -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

het biologismeo

  1. (filosofie) het verheffen van de biologie tot wereld- en levensbeschouwing
  2. het herleiden van geestelijke kenmerken en gedragingen van een groep tot erfelijke eigenschappen van de leden van die groep

Gangbaarheid