binnentikken

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bin·nen·tik·ken
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

binnentikken

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
binnentikken
tikte binnen
binnengetikt
zwak -t volledig
  1. (sport) met een subtiele beweging de bal zodanig van richting veranderen dat men scoort
     Kort na rust werd het 2-0 door een doelpunt van Dusan Tadic, die zijn debuut maakte in de basis voor de Amsterdammers. De Serviër kon eenvoudig binnentikken na een voorzet van Noussair Mazraoui.[1]
     In de slotminuut profiteerde Bloemendaal van de ruimte en kon Thierry Brinkman de laatste goal binnentikken.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink Weblink bron “Ajax blijft uitzicht houden op CL na winst op Sturm Graz” (01-08-2018), NOS
  2. Bronlink Weblink bron “Bloemendaal en Kampong spelen finale EHL” (26-05-2018), NOS