bijeenrapen

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  bijeenrapen    (hulp, bestand)
• IPA: / bɛiˈenrapə(n) / (4 lettergrepen)

Woordafbreking

• bij·een·ra·pen

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  bijeen bw  en  rapen ww 

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
bijeenrapen	raapte bijeen	bijeengeraapt
zwak -t	volledig

Werkwoord

bijeenrapen

1. overgankelijk verzamelen door op te pakken

   • Alle belemmeringen zijn opgeheven en de onderzoekers kunnen aan het werk. Zij zullen dan systematisch de rampplek uitkammen, resterende stoffelijke overschotten verzamelen en ook persoonlijke bezittingen bijeenrapen om af te voeren naar een andere plek. 

   ▸ Binnen een minuut had ik mijn spullen bijeengeraapt en liep met de twee jongens de berg af.

2. overgankelijk (figuurlijk) verzamelen zonder erg kieskeurig te kunnen zijn

   • Het grote voordeel van de muziek van Weill, zegt Marijnen, is dat je er de beste musici voor kunt krijgen. „Normaal moet je een orkestje van conservatoriumstudenten bijeenrapen. Weill was een meester-sampler. We hebben het Asko/Schönberg Ensemble meteen bereid gevonden.” 

Uitdrukkingen en gezegden

• de moed bijeenrapen

zich ertoe brengen iets te doen wat men niet durft

• de scherven bijeenrapen

na een ernstig conflict of complete mislukking aangrijpingspunten zoeken om de schade te herstellen

• zichzelf bijeenrapen

na ernstige tegenslag toch weer proberen prestaties te leveren

Gangbaarheid

• Het woord bijeenrapen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.