betonvlechter
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·ton·vlech·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | betonvlechter | betonvlechters |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de betonvlechter m
- (beroep) persoon die de bewapening van een structuur van beton maakt
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord betonvlechter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron “Over een paar jaar komen huizen uit de betonprinter” (Woensdag 21 oktober 2015, 17:27), NOS
- ↑ Weblink bron “Ruiterpad-pinnen van betonvlechter” (Zondag 25 maart 2012, 17:50), NOS