betaalt mee

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • be·taalt mee
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
meebetalen

betaalt mee

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meebetalen
    • Jij betaalt mee. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van meebetalen
    • Hij betaalt mee. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van meebetalen
    • Betaalt mee! 


Gangbaarheid