bergsport
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- berg·sport
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bergsport | bergsporten |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
- (sport) beklimmen van hooggelegen steile hellingen uit liefhebberij
- (sport) verzamelterm voor bergbeklimmen en bergwandelen
- (sport) bij wintersporten de verzamelterm voor verschillende vormen van skiën en sleeën, die op lange steile hellingen worden beoefend
Synoniemen
- [1] alpinisme, bergbeklimmen
Gangbaarheid
- Het woord bergsport staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "bergsport" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 of 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Sport in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %