antholoog
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- an·tho·loog
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | antholoog | anthologen |
verkleinwoord | antholoogje | antholoogjes |
Zelfstandig naamwoord
de antholoog m
- (letterkunde) (beroep) samensteller van bloemlezingen
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord 'antholoog' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.