Naar inhoud springen

ambivalentie

Uit WikiWoordenboek
  • am·bi·va·len·tie
enkelvoud meervoud
naamwoord ambivalentie ambivalenties
verkleinwoord ambivalentietje ambivalentietjes

deambivalentiev , -s

  1. twee verschillende waarden of mogelijkheden hebbende
     Behalve die paar seconden, en nu komen we bij de ambivalentie, voelt Mia vooral weerzin.[1]
     In Representations and Contradictions uit 1997 schrijft hij dat de polariteit binnen een cultuur geen recht doet aan de 'ambivalentie en tegenstelling [die] in het centrum van de communicatieve en cognitieve processen besloten zitten'.[2]
92 %van de Nederlanders;
85 %van de Vlamingen.[3]
  1. “Corps delcti” (2009), Ambo/Anthos uitgevers op Wikipedia, ISBN 9789041417480
  2. Babette Hellemans
    “Cultuur” (2014), Amsterdam University Press op Wikipedia, ISBN 9789089646040
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be