aidsinfectie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • aids·in·fec·tie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord aidsinfectie aidsinfecties
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de aidsinfectiev

  1. (medisch) ziekte van het immuunsysteem door besmetting met hiv
    • Dat eerder een aidsinfectie ontstaat wanneer het menselijk afweersysteem al is verzwakt door ondervoeding en andere ziekten, lijkt geen nader bewijs te behoeven. [1]

Gangbaarheid

Verwijzingen