achteropaanrijding

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ach·ter·op·aan·rij·ding
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord achteropaanrijding achteropaanrijdingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de achteropaanrijdingv

  1. aanrijding waarbij een voertuig botst tegen een voor hem rijdend voertuig
     Bewijslastverdeling bij een achteropaanrijding met eigen schuld[1]
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 18 februari 2024 Weblink bron “Bewijslastverdeling bij een achteropaanrijding met eigen schuld”